Hieronder vind je basissuppletie richtlijnen voor kinderen en volwassenen. Let erop dat als je meerdere supplementen gebruikt de hoeveelheid voedingsstoffen opstapelt. Als je dus een multivitamine gebruikt met 1.000 IE vitamine D en daarnaast nog een los vitamine D-supplement met 2.000 IE vitamine gebruikt, dan kom je in totaal op 3.000 IE vitamine D.

Kinderen

• Vitamine D3:
• Baby’s: 10 mcg (400 IE)
• Peuters: 20 mcg (800 IE)
• Kleuters: 25 mcg (1.000 IE)
• Tieners: 50 mcg (2.000 IE)
• Omega 3-vetzuren (visolie of algenolie): 17 mg EPA/DHA per kg lichaamsgewicht per dag. Bij een maaltijd. Streef naar een bloedwaarde (omega 3-index) van minimaal 8 procent.
• Magnesium (bisglycinaat of citraat)
• 1-3 jaar: 65 mg (los of in multi)
• 4-8 jaar: 110 mg (los of in multi)
• 8 jaar: 350 mg
• Jodium: ongeveer de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid per dag voor kinderen die geen of weinig brood en/of witvis eten. (los of in combinatie met andere stoffen, zoals in een multivitamine)
• 1-2 jaar: 70 mcg
• 2-5 jaar 90 mcg
• 6-9 jaar: 120 mcg
• Vanaf 9 jaar: 150 mcg
• Multivitamine (optioneel): dagelijks bij een maaltijd. Kies een multi met de actieve vorm van vitamine B6 (pyridoxaal-5-fosfaat), foliumzuur (5-MTHF) en vitamine B12 (combinatie van methylcobalamine en adenosylcobalamine). Er zijn speciale multi’s op de markt voor peuters, kleuters en tieners.

Volwassenen

• Vitamine D3: ongeveer 3.000 IE (75 mcg) per dag bij een maaltijd. Streef naar een bloedwaarde van minimaal 100 nmol/L. Meet het vitamine D-gehalte in het bloed en stuur eventueel bij.
• Mogelijk is er extra vitamine D nodig om een bloedwaarde van 100 nmol/L te behalen. Gebruik bij doseringen boven de 3.000 IE (75 mcg) altijd vitamine K om eventuele calciumafzetting in de aderen tegen te gaan.
• Vitamine K2 (MK-7): 32-180 mcg per dag bij een maaltijd. (los of via een multi)
• Omega 3-vetzuren (visolie of algenolie): minimaal 700 mg EPA/DHA per dag. Bij een maaltijd.
• Streef naar een bloedwaarde (omega 3-index) van minimaal 8 procent.
• Magnesium (bisglycinaat of citraat): ongeveer 300 mg per dag. Bij een maaltijd. Hoe meer stress, hoe meer magnesium het lichaam verbruikt en hoe hogere dosering je nodig hebt.
• Jodium: ongeveer 100-150 mcg per dag voor mensen die geen of weinig brood en/of witvis en/of zeewier eten. (los of in combinatie met andere stoffen, zoals in een multivitamine). Jodium kan een negatief effect op auto-immuunziekten van de schildklier (Graves en Hashimoto) hebben. Daarom wordt hierbij jodiumsuppletie afgeraden.
• Multivitamine (optioneel): dagelijks bij een maaltijd. Een aantal dagen per maand niet gebruiken om een natuurlijk ritme van overvloed en schaarste na te bootsen. Kies een multi met de actieve vorm van vitamine B6 (pyridoxaal-5-fosfaat), foliumzuur (5-MTHF) en vitamine B12 (combinatie van methylcobalamine en adenosylcobalamine). Voor 50-plussers en vrouwen die zwanger zijn en borstvoeding geven zijn speciale multi’s op de markt.

Opmerkingen

• Vrouwen die zwanger zijn of borstvoeding geven hebben een verhoogde behoefte aan verschillende vitamines en mineralen. Let vooral op jodium en foliumzuur:
• Zwangere vrouwen: jodium (174 mcg per dag), foliumzuur (400 mcg per dag via suppletie innemen vanaf dat je zwanger wilt worden tot 10 weken na de zwangerschap. Via de voeding kan een zwangere vrouw namelijk niet voldoende foliumzuur binnen krijgen.)
• Vrouwen die borstvoeding geven: jodium (200 mcg per dag)
• Sommige mensen blijken negatief te reageren op vitamine D-suppletie. Helaas is hier nog weinig over bekend, waarschijnlijk omdat negatieve reacties schaars zijn. Als mensen ‘bijwerkingen’ ervaren na het gebruik van vitamine D-suppletie, stop dan direct het gebruik en laat verder onderzoek doen. Doe ook verder onderzoek als men hoge doseringen vitamine D gebruikt, maar de inactieve vitamine D-waarde [25(OH)D] niet hoger wordt. Denk hierbij aan een tekort aan magnesium of aan een vitamine D-metabolisme verstoring. Onderzoek bijvoorbeeld de actieve vorm van vitamine D (1,25-dihydroxyvitamine D [1,25(OH)2D]).

Bij sommige aandoeningen (waaronder Sarcoïdose, Colitis, Crohn en reumatische aandoeningen) kan er in sommige gevallen sprake zijn van een verstoord vitamine D-metabolisme, waardoor de inactieve vorm van vitamine D (die standaard wordt gemeten) laag is, terwijl de actieve vorm van vitamine D juist verhoogd is. Vitamine D-suppletie kan in zo’n geval het actieve vitamine D-gehalte nog meer verhogen en dat kan in sommige gevallen schadelijke gevolgen hebben.

Bij de aandoening Sarcoïdose moet men voorzichtig zijn met vitamine D-suppletie. Verwijs mensen met Sarcoïdose en een te lage vitamine inactieve D-waarde [25(OH)D] door naar een arts en ga niet zelf experimenteren met vitamine D-suppletie.

Als je er zeker van wilt zijn dat mensen met eerdergenoemde aandoeningen niet een teveel aan actief vitamine D hebben, meet dan voordat men vitamine D-suppletie gaat gebruiken eerst de actieve vitamine D-waarde [1,25(OH)2D]. Ook kun je dit naast de inactieve vorm van vitamine D meten om de vitamine D-therapie te evalueren. Bij eerdergenoemde aandoeningen is het aan te raden om gedurende het vitamine D-gebruik regelmatig beide vitamine D-waarden te meten. Bijvoorbeeld in het begin om de 2-3 maanden en daarna om de 6-12 maanden.